Hij bezocht de fietssponsor van zijn ploeg om bij de ingenieurs mogelijke verbeteringen voor toekomstige modellen aan te geven. De mecaniciens van de ploeg leren vaak meer van hem dan hij van hen. Vanuit Japan liet hij een titanium ketting overkomen om verzekerd van het allerbeste materiaal te zijn. En in Thailand bestelde hij een derailleur die qua precisie alle gangbare modellen overtreft. Voor Niki Terpstra is de fiets veel meer dan zijn gereedschap naar wielersucces. De stalen ros is het verlengde van de wielrenner in hem.
Dit artikel was eerder te lezen in de RIDE Najaarsgids van september 2021
‘De fiets, de fiets en verder niets’, was de slogan van een biografie die ooit over de maniakale bezetenheid van Gert-Jan Theunisse werd geschreven. ‘De fiets, de fiets en nog een fiets’, zou een betere titel voor een boek over Niki Terpstra zijn. In zijn ruime woning net buiten het Noord-Hollandse Bergen raken we de tel kwijt. De racefiets, de aerodynamische tijdritfiets, de mountainbike, gravelbike, baanfiets, Parijs-Roubaix-model en beachracer zijn slechts enkele van de verschillende types die in zijn ‘fietshok’ zijn te bewonderen. En dan natuurlijk ook nog een bakfiets waarmee hij de kids vroeger wel eens naar school bracht.
Zijn riante fietshok, met werkplaats, blijkt veel te klein om al zijn fietsspullen op te slaan. Gelukkig is de kelder zo riant dat er naast de game-kamer van de kinderen ook nog enkele fietsen kunnen staan. Hier staat ook een replica Cornelli racefiets waar hij in zijn eerste jaren op fietste. Ook in de garage staan nog enkele modellen. En dan heeft hij de gang van de kelder nog ingericht als een mini-museum zijn, waar naast de trofeeën van zijn zeges in Parijs-Roubaix en de Ronde van Vlaanderen ook de originele fietsen staan waar hij op die gloriedagen in april zijn grootste successen mee behaalde.
“De liefde voor de fiets? Van jongs af aan koester ik die al”, steekt Terpstra zijn verhaal af. “Ik ben bij de jeugd begonnen op een racefiets. De winterstop was altijd erg lang. Als je in Nederland woont, dan is het vrij saai om van november tot februari de grijze polder in te duiken. Dan ga ik liever de bossen en duinen in of de baan in Alkmaar op. Weg, baan en mountainbike heb ik altijd een beetje gemixed. Dat is de basis voor mijn liefde en dan heb je meteen ook al een aantal verschillende modellen in huis. Er zijn winters geweest dat ik mijn wegfiets tot aan het eerste trainingskamp in Spanje niet heb aangeraakt.
Materiaal is een deel van je prestatie. Als dat niet in orde is, dan sta je direct 1-0 achter.
De interesse voor het materiaal heeft Niki Terpstra van zijn pa geërfd. Vader Douwe Terpstra heeft een garage en is technisch aangelegd. “Mijn vader heeft vroeger ook geraced met de kart. Van hem heb ik meegekregen dat het materiaal in orde moet zijn. Niets is frustrerender dan verliezen omdat het materiaal niet goed is. Met die levenslessen ben ik opgegroeid. Ik sleutelde als kind al aan mijn fiets. Ik heb er ook gevoel bij. Op de middelbare school moesten we een stageplek uitzoeken. Ik koos voor de fietswinkel van Piet de Wit in Wormer. Daar heb ik veel geleerd. Sindsdien ben ik in staat om zelf mijn eigen fiets op te bouwen. Als profwielrenner is dat niet essentieel, want daar zijn mecaniciens voor. Maar als er iets mis is met de fiets, kan ik het wel zelf oplossen. En ik kan ook tot in het detail aangeven wat er mis is. Materiaal is een deel van je prestatie. Als dat niet in orde is, dan sta je direct 1-0 achter. Daarom ben ik altijd gefocust dat de fiets tiptop in orde is.”
Bij zijn overstap naar in 2019 naar Team TotalEnergies besloot hij om in het najaar hun fietssponsor Wilier te bezoeken. “Een typische Italiaanse fabriek met die cultuur vol wielerliefde vond ik prachtig. Ik liep daar rond als Niki Lauda die Ferrari bezocht. Ik heb er mijn input over het materiaal gegeven. Juist omdat het een relatief klein bedrijf is werd er door de ingenieurs en ontwerpers ook geluisterd naar mijn mening. Op onze huidige fiets kun je aanpassingen zien waar we destijds over spraken. Zo zijn er andere zadelpennen en sturen gemaakt. Ik probeer eigenlijk iedere materiaalsponsor met mijn input te pushen om iets beters te maken. Ik hou van de sponsors die de profploeg gebruiken om hun materiaal te verbeteren. Die laten ons nieuwe producten testen en proberen het verder te ontwikkelen op basis van onze feedback. Daar heb ik wel iets mee.”
Dit is een verhaal uit RIDE Magazine.
Maak een GRATIS account aan om het hele artikel te lezen.